- 09 jan -
0 Minuten om te lezen
Het is weer zover; het is half februari en dat betekent dat de eerste zaden de grond in mogen. Er mogen er wel maar een aantal gezaaid worden hoor, de rest moet nog wachten. Ook gebeurt het zaaien nu allemaal nog binnen en niet buiten. Pas in april zal er buiten gezaaid kunnen worden. Hieronder vind je het lijstje met wat je al kunt doen.
Pepers en paprika
Als de pepers en paprika’s weer gezaaid mogen worden, start het seizoen in mijn ogen. Dan kom je er weer helemaal in. Deze 2 gewassen zijn familie van elkaar en zijn dan ook beide half februari al te zaaien. Je start hier lekker vroeg mee, omdat het trage groeiers zijn. Ze hebben ook wat meer liefde nodig, omdat ze langer binnen bij je zullen zijn, i.p.v. buiten in de volle grond. De plantjes mogen namelijk half mei pas buiten uitgeplant worden als het weer het toelaat.
De pepers en paprika zaai ik altijd in een mix van zaai- en stekgrond met vermiculiet. Zo kan het zaadje goed ontkiemen, omdat de samenstelling van de grond lekker luchtig is en deze voldoende water heeft door de vermiculiet. Omdat het geleidelijk wordt afgegeven, is het niet te nat en zal het ook niet gaan schimmelen. Na ongeveer een week of 3 à 4 zullen de eerste sprietjes tevoorschijn komen. Als het plantje 4 blaadjes heeft, kan hij worden overgepot naar een nieuw potje met gewone potgrond. Hier zal hij dan wat langer in kunnen blijven voordat hij naar buiten gaat. Mocht er verkleuring van het blad ontstaan, dan is het tijd om te voeden.
Stappenplan:
doe de zaai en stekgrond in een emmer en roeren maar, doe hier water bij en nogmaals roeren. Daarna doe je het in een perspotje om vierkantjes te maken, of meteen in de je kweekbakje. Zorg ervoor dat de zaadjes die je zaait uit elkaar liggen. Zo zijn ze later makkelijker uit elkaar te halen zonder dat je de worteltjes beschadigd. Water geven met de plantenspuit en zet de bakjes op een plek met licht en warmte. dit kan in de vensterbank zijn, als je hier voldoende plek voor hebt. Anders kun je ook kiezen voor groeilampen.
Aardappelen
De aardappelen kun je nu binnen voor laten kiemen. Doe dit op een plek waar de temperatuur consistent is. Het liefste tussen de 10 en 15 graden. Hoe warmer, hoe sneller de aardappel uitloopt, maar dat is niet altijd goed. Je kunt het herkennen aan de kleur van de uitlopers. Zijn deze donkergroen, dan is dat goed. Zijn ze licht van kleur, zoals je ook wel eens in het keukenkastje de doorgeschoten aardappelen ziet liggen, dan is dat niet goed. Dit gaat veel te snel waardoor de planten gevoeliger zijn voor ziektes etc. Als je nu start met de aardappelen, dan kies je voor vroege aardappelen. Dit heet niet voor niks zo. Je poot ze vroeg en oogst ze in verhouding vroeg in het jaar. Er zijn ook heel veel aardappelsoorten die pas over 2 of 3 maanden worden gepoot, dus let op welk ras je kiest.
De volgende rassen zijn hiervoor geschikt:
– ROSEVAL
– BELLE DE FONTENAY
– ANNABELLE AM
– TRUFFELAARDAPPEL (Paars, zoals op de foto’s)
Na 3 à 4 weken kunnen de aardappelen buiten worden uitgeplant. Ik kies voor een aardappelpot van elho. Deze collectie is gemaakt van 100% gerecycled plastic. Het grote voordeel hieraan is dat je de groei heel goed in de gaten kunt houden. De pot heeft namelijk 2 lagen. De buitenlaag is dicht en heeft onderin gaatjes zodat het overtollige water weg kan lopen. De 2de pot zit erin en deze heeft hele grote gaten, zodat je deze, tussen het oogsten door, omhoog kunt tillen om te kijken hoe het gaat en eventueel al iets kunt oosten als het zover is. Hierna schuif je de binnenpot er weer in en klaar ben je.
Voordat de pootaardappelen met de gekiemde oogjes naar buiten kunnen, moet je ze eerst weer even laten wennen aan de temperatuur buiten. Verschuif de eierdoos, waarin ik ze altijd leg om te ontkiemen en om de 3 dagen in omdraai, naar een koelere plek met licht. Misschien is dit in de bijkeuken of de hal?